Avatar Fanon Wiki
Advertisement

Jeong Jeongs leerling is het verhaal van vuurmeester Jeong Jeong, de eerste in de Vuurnatie die deserteerde en het nog na kan vertellen en Azelia, het meisje dat voor vuur leeft. Na een gruwelijk incident neemt Jeong Jeong het meisje tegen wil en dank onder zijn hoede en leert haar vuursturen. Maar hoewel Azelia alles van haar meester aanneemt is er één ding dat ze niet van hem wil geloven: dat vuursturen een vloek is. Voor haarzelf en voor degene die ze zal liefhebben gaat ze op zoek naar de kern van het vuur: verlichting.

Terwijl Azelia haar blik op de toekomst richt en haar droom ziet uitkomen, wordt de oude deserteur achtervolgd door het verleden. Hun paden branden, roken, sidderen en vlammen, maar zullen ze elkaar nog eens kruisen?

Jeong Jeongs leerling: De Reis (33)
Kamp, OWL
De Reis Naar Goede Tijden
Algemeen
Maker: mvs109
Genre: avontuur
Land/Taal: nederlands
Chronologie
Vooraf gegaan door: Jeong Jeongs leerling: Gebroken (32)
Verwant aan: Jeong Jeong, Azelia, Chey, Lin Yee's, Zhao, overzicht, IJskoud Vuur
Opgevolgd door: Jeong Jeongs leerling: Geluk (34)

Wat vooraf ging:[]

Langzaam herstelt Jeong Jeong, maar er is nog iets dat hij aan Azelia op moet biechten voor hij haar vertrouwen werkelijk verdiend heeft. Hij vertelt Azelia wat hij werkelijk in het leger deed, maar de jonge vuurstuurster vergeeft hem niet en vertrekt, toch al van plan om terug te gaan naar Ran en Shao.

Niet veel later komen Chey, Piandao en Fat aan bij het klooster. De zwaardmeester geeft zijn oude vriend weinig keuze als hij opdraagt om zich bij de Orde van de Witte Lotus te voegen om Ba Sing Se te veroveren.

Aflevering 129J: Op Weg[]

Voorzichtig werd Jeong Jeong in de wagen gelegd. Chey legde een deken over hem heen en ging naast hem zitten in kleermakerszit. Ze zuchtten allebei. Kaiza verzamelde haar spullen en stapten toen bij Chey en Jeong Jeong in. Ze ging naast de mannen zitten. Als laatste nam Piandao ook plaats in de huifkar. De stilte heerste in hun midden.

Met een schokje kwam de wagen in beweging. Op de bok mende Fat de rijdieren. Jeong Jeong was de eerste die de stilte durfde te verbreken.

'En wat nu?' Het was niet echt een gerichte vraag naar iemand in het bijzonder. Piandao antwoordde.

'Wanneer Sozins komeet komt, heroveren we onder Irohs leiding Ba Sing Se. Door het gebrek aan vuurstuurders binnen de Orde moet jij zo snel mogelijk weer op de been zijn, zodat jij de andere elementstuurders en niet-stuurders rugdekking kan geven.'

'Piandao,' zuchtte Jeong Jeong, 'oude vriend, ik heb mijn halve leven als een hond in het Aarderijk gesleten en lang vastgezeten in het Hang-Vang. Denk je dat ik zomaar even de oude ben als Sozins komeet daar is?'

'Jeong Jeong, we rekenen op je. We rekenen op je kennis van millitaire zaken, je ervaring in het leger en je talent voor vuursturing. Ontken het niet, geen enkele vuurmeester kent betere verdedigingstechnieken dan jij.'

'Behalve Azelia dan,' antwoordde Kaiza. Piandao keek vragend naar de watermeester. Kaiza zweeg toen ze de pijn in Jeong Jeongs ogen las.

'U moet wat proberen te slapen, meester,' zei Chey. 'Kaiza, wil jij de wonden nog eens proberen te helen?'

Kaiza knikte en pakte haar buidel water. De vloeistof greep zich om haar hand heen en lichtte op toen ze Jeong Jeongs arm aanraakte. De deserteur trok een grimas.

'Dat water is ijskoud!' vloekte de deserteur. 'Had je het niet eerst een beetje kunnen opwarmen?'

Kaiza schudde glimlachend haar hoofd. Jeong Jeong pakte haar handen en duwde ze voorzichtig van zich af.

'Geef me die buidel water eens,' zei de deserteur. Hij ging met hulp van Chey voorzichtig overeind zitten. Kaiza gaf hem de buidel aan. Jeong Jeong trok de kurk er af en bracht het ding tot vlakbij zijn mond. Hij blies er zachtjes in. Toen Kaiza de buidel water weer aanpakte, voelde het water er in warm aan.

Jeong Jeong ging weer liggen en liet Kaiza zijn wonden verzorgen.

'Ik heb genoeg van de kou,' zei hij bitter. 'Nog liever stuur ik vuur dan nog eens kou te moeten lijden.'

Aflevering 130J: Aankomst in Ba Sing Se[]

Het duurde erg lang voor de groep Ba Sing Se bereikte. Ze hadden de hoofdwegen moeten mijden, omdat Vuurnatiepatrouilles hun problemen zouden veroorzaken. Vergezeld door een aantal Lin Yee's, Piandao en Kaiza begrepen niet waar ze vandaan bleven komen, konden problemen vaak op tijd worden voorkomen.

Uiteindelijk zagen ze in de verte van het sobere landschap de oude hoofdstad van het Aarderijk liggen. Nu was de eens zo trotste stad een pronkjuweel van de Vuurnatie geworden, gevuld met zinloze wapenfeiten.

De wagen reed traag maar gestaag naar een groepje hoge, stenige heuvels toe. De heuvels waren te laag om bergen genoemd te worden, bedekt met een spaarzaam laagje groen en hier en daar een boom.

Het was midden in de nacht toen de groep het kamp van de Orde van de Witte Lotus bereikte. Jeong Jeong ontwaakte uit zijn lichte slaap door het geluid van het verplaatsen van gesteente. Aardsturen noteerde hij nog half slapend. De anderen werden ook wakker.

Een lampion verlichtte de huifkar. Iroh klom in de wagen. Hij schudde Piandao de hand.

'Zo te zien heb je mijn bericht op tijd gekregen,' zei de generaal. Piandao boog. Iroh keek naar de andere in de huifkar. Als hij al geschrokken was van Jeong Jeongs staat, dan liet hij het niet merken. Toen zag hij Kaiza.

'Azelia? Je bent veranderd.' Kaiza glimlachte droevig.

'Ik ben een vriendin van Azelia. Mijn naam is Kaiza. Ik kom van de Noordelijke Waterstam.'

'Heb je toevallig een broer die Kaizon heet? Een van Paku's beste leerlingen?' vroeg Iroh. Op dat moment verscheen Paku achter de theeliefhebber. Hij kruiste zijn armen over elkaar en keek haar kritisch aan.

'En ik maar denken dat Katara de eerste vrouwelijke watermeester van de Noordpool was.'

Kaiza was dankbaar voor de schemering, want nu kon Paku haar niet zien blozen.

Aflevering 131A: Woede[]

Azelia liet haar tranen de vrije loop toen ze op Shiwa's rug het luchtruim doorkruiste. Blij dat ze een groen vest aan had, veegde ze haar neus keer op keer af aan haar mouw.

Shiwa zweeg. Hij had geen idee hoe hij Azelia zou moeten troosten. Daarbuiten viel nog eens het feit dat zijn vader hem had gewaarschuwd om niet te veel te zeggen wanneer Azelia zou ontdekken wat Jeong Jeong nog meer had gedaan in het leger. De uil vreesde dat als hij iets zou zeggen, hij het alleen maar erger zou maken.

'Ben je ooit naar de Zonkrijgersstad geweest, Shiwa?' zei Azelia met onvaste stem. Ze drukte haar gezicht tegen zijn zachte verenkleed aan. Shiwa schudde zijn hoofd van niet. 'Het is er werkelijk schitterend. Ik weet zeker dat je het er prachtig zal vinden.'

Ze sloeg haar armen om zijn sterke nek. Niet helemaal op zijn gemak bleef de uil stevig doorvliegen. Ondertussen bleef Azelia zachtjes tegen hem fluisteren om haar eigen gedachten af te leiden van Jeong Jeong. Toen zag Shiwa iets op de grond onder hen bewegen. Zijn voorgevoel vertelde hem dat hij moest landen.

Azelia merkte pas op dat ze geland waren toen de wind haar tranen niet langer weg blies. Ze keek de uil vragend aan.

'Ik ben moe,' loog Shiwa. Azelia klom van zijn rug af en strekte zich uit. 'Kijk jij of er hier ergens eten te vinden is?'

Azelia veegde de laatste tranen weg, knikte en liep het bos in. Ze was nog geen honderd meter gevorderd toen er geritsel in de struiken klonk.

'Shiwa?' zei Azelia hardop. Geen antwoord. De Lin Yee's misschien? Het zou haar niet verbazen, maar ze kreeg geen antwoord op haar geroep. Het geritsel kwam steeds dichter bij. Of het was het avondeten of Azelia zou het avondeten worden.

Azelia liet het vuur in haar handen ontbranden. Het was pure bluf dat ze het beest aan zou vallen, maar het vuur moest genoeg zijn om het roofdier af te schrikken. De donkerblauwe gloed van haar vlammen weerkaatste in haar ogen.

Aflevering 132A: Azula[]

'Ik hoorde je stem. Nu zie ik je ook, maar ben jij het echt?' Tussen de schaduw van de bomen verscheen Azula. Ze keken elkaar een tijdje zwijgend aan.

'Je ziet er vreselijk uit,' merkte Azula droog op, terwijl ze Azelia van top tot teen bekeek. Dat klopte. Azelia's kapsel was verpest door de wind en haar gezicht vertoonde rode vlekken van het huilen.

'Jij ook,' antwoordde Azelia. Van de statige prinses was weinig meer over. Diepe, donkere kringen onder haar ogen verraadde een slechte nachtrust en haar kleren waren verfomfaaid.

Ze liepen naar elkaar toe en pakten elkaars handen vast.

'Ik had gehoopt dat we elkaar onder betere omstandigheden weer zouden zien.'

'Het maakt niet uit. Ik heb mijn zusje weer gevonden.'

Wordt vervolgd[]

Aangekomen in het kamp van de Orde bereidt Jeong Jeong zich, onder Kaiza's strenge toezicht, voor op de strijd die gaat komen. Hij richt zijn blik op de toekomst, klaar om dit hoofdstuk van zijn leven af te sluiten.

Ook Azelia sluit een hoofdstuk van haar leven af. Zij en Azula hebben een lang en moeilijk afscheid, maar de Vuurnatieprinses wil haar bloedzuster toch nog iets meegeven voor hun wegen zich scheiden.

Dit en nog meer in het volgende boek: Geluk (34)

Advertisement